Steeds meer bedrijven testen en omarmen kunstmatige intelligentie (AI). AI verbetert de productiviteit, neemt tijdrovende taken over of helpt bij de structurering van activiteiten. Maar in het kader van de economische transitie komt één vraag steeds terug: "Ja, AI helpt... maar wat is de ecologische impact ervan?"
Dit is een terechte vraag. De afgelopen maanden hebben verschillende grote technologiebedrijven cijfers gepubliceerd over het energieverbruik van hun modellen. Ook journalistieke onderzoeken hebben de CO2-voetafdruk van AI-gebruik aan het licht gebracht.
Hoe kan jouw bedrijf AI gebruiken terwijl de ecologische impact beperkt blijft?
We hebben deze vraag voorgelegd aan Mathieu Louis, AI-expert. Zijn conclusie: er zijn zes zeer concrete stappen om AI op een verantwoordere manier in te zetten.
1. Kies het juiste AI-model
Niet alle AI-modellen zijn gelijk: er bestaan kleine en grote modellen. Voor 90% van de professionele toepassingen volstaat een "small" of "mini" model ruimschoots.
Deze lichtere versies verbruiken veel minder energie, terwijl ze een voldoende hoge kwaliteit bieden voor courante taken: schrijven, herformuleren, eenvoudige analyse, administratieve hulp... Grote modellen zijn enkel nodig voor zeer gespecialiseerde toepassingen, zoals wetenschappelijk onderzoek of complexe berekeningen.
💡De vuistregel: Geef standaard de voorkeur aan de "small"-versies van AI-tools.
2. Vraag je af of AI echt nodig is
Om de impact te beperken, is het belangrijk om je bij elke vraag af te vragen of je echt AI nodig hebt. Soms volstaat een simpele internetzoekopdracht. Online zoeken heeft weliswaar ook een milieu-impact, maar die is over het algemeen kleiner dan een AI-prompt – zeker bij eenvoudige, feitelijke vragen. Het gaat erom de juiste balans te vinden.
💡De vuistregel: Test bij een specifieke vraag of een cijfer eerst de internetzoekopdracht.
3. Hou conversaties korter
Vaak wordt vergeten dat de lengte van de conversatie even belangrijk is als de vraag zelf. Een lange conversatie mobiliseert meer bronnen. Ecologisch gezien is het dus beter om meerdere korte conversaties aan te maken dan één lange draad met verschillende onderwerpen.
💡De vuistregel: Start een nieuwe sessie voor elk nieuw thema.
4. Kies voor Engels
Aangezien de modellen hoofdzakelijk in het Engels getraind en geoptimaliseerd zijn voor deze taal, verbruikt het stellen van je vragen in het Engels minder energie dan in het Frans of Nederlands.
💡De vuistregel: Als de kwaliteit van de uitvoertaal niet cruciaal is, schrijf de vraag dan in het Engels.
5. Plaats het model niet op eigen servers
Een AI-model op je eigen computer of servers laten draaien lijkt misschien ecologisch, maar dat is het niet noodzakelijk. Professionele datacenters gebruiken veel beter geoptimaliseerde infrastructuren dan onze lokale machines.
💡De vuistregel: Gebruik de servers van AI-providers in plaats van je eigen lokale servers.
6. Ga na waar de energie vandaan komt
Het wordt vaak vergeten, maar de locatie van de datacenters van de gebruikte modellen kan een impact hebben. Niet alle regio’s zijn gelijk op het gebied van energie. Het is dus relevant om te kijken naar de locatie van de gebruikte dienst (als die informatie beschikbaar is) en de milieu-engagementen van de leveranciers.
💡De vuistregel: Geef de voorkeur aan leveranciers die communiceren over hun groene energie.
Conclusie
AI is onmisbaar geworden om competitief te blijven: automatisering, tijdwinst, structurering, ondersteuning van creativiteit... Maar het gebruik ervan sluit een verantwoorde aanpak niet uit.
Door deze zes stappen – modelgrootte, de keuze van de tool, conversatielengte, taal, infrastructuur en energie – kan elke ondernemer zijn impact verminderen zonder afstand te doen van de voordelen van AI.
Deze tekst werd vertaald uit het frans met behulp van AI maar nagekeken door een NL vertaler