Een nat geworden iPhone, een verkeerd gevallen tablet ... Snel naar IClinique voor een dringende reparatie. Maar hebt u zich al afgevraagd wie er achter deze kleine onderneming zit? Hier vindt u het antwoord.
Je bent een ‘jonge ondernemer' in elke zin van het woord. Kan je je even voorstellen?
Arthur Barsalou: op 24 september word ik 28 jaar. De juridische oprichting van iClinique dateert van 2012, toen ik 22 was, maar het idee kreeg toen al vorm. Ik was trouwens al een jaar eerder begonnen met reparaties. Ik was toen nog student, want ik ben pas in 2015 afgestudeerd aan de managementschool ICHEC.
Speelde je al lang met het idee om een eigen onderneming op te richten?
A.B.: Eerlijk gezegd had ik bij aanvang van mijn studie totaal geen idee wat ik op professioneel vlak wilde doen. Een handelsrichting is vaak een standaardkeuze voor wie geen echte passie of roeping heeft. Een voorbereiding op de integratie in de ondernemerswereld lijkt dan de meest vanzelfsprekende en waarschijnlijke optie. Ik wist sowieso al dat ik geen zin had om onder een baas te werken. Ik koesterde het idee om mijn eigen baas te zijn. En dan was er ICHEC, de managementschool. Leren hoe je een onderneming opzet en ontwikkelt, zit in het DNA van die school ingebakken.
Hoe is het idee ontstaan om iPhones te herstellen die technisch onbruikbaar werden?
A.B.: De allereerste iPhone van Apple werd niet gecommercialiseerd in België. Er bestonden bij ons dus geen organisaties die dit type toestel professioneel konden herstellen. De dag waarop ik mijn iPhone brak, heb ik de onderdelen moeten bestellen op het internet om de reparatie zelf uit te voeren. Ik ben dus gewoon begonnen met het herstellen van mijn eigen toestellen. De klik in mijn hoofd kwam er toen ik in contact kwam met iemand wiens iphone ook beschadigd was. Ik heb toen spontaan voorgesteld om de iPhone te repareren tegen betaling. Daarna heb ik ingezien dat er geen aanbod bestond voor reparaties van iPhones, iPads en iPods.
Verliep de oprichting van je onderneming vlot?
A.B.: Beginnen werken terwijl je nog geen onderneming hebt opgericht, is altijd moeilijk! Je moet het vertrouwen van de mensen winnen. Ik ben aan de slag gegaan op mijn kot boven een kapperszaak. Mijn klanten moesten beneden op me wachten om dan naar boven te komen naar mijn studentenkamer. Het gaf geen serieuze indruk. Ik had ook cashproblemen, want de kredietkaart waarmee ik de reserveonderdelen kocht, had een limiet. Ik kon dus niet aan alle vragen voldoen. Bovendien waren er ook technische moeilijkheden. Ik heb al doende geleerd en eerlijk gezegd heb ik in het begin enkele toestellen beschadigd. Man, de stress in het begin! Ik wist dat het moeilijk zou zijn om een dergelijk project op te starten en dat ik een vennoot nodig had, iemand die samen met mij de stap wilde wagen. Het was niet eenvoudig om zo iemand te vinden.
In welke mate heeft het feit dat je nog student was de oprichting van je onderneming beïnvloed?
A.B.: Het feit dat ik nog ten laste van mijn ouders was, heeft me de mogelijkheid geboden om geen rekening te moeten houden met de druk om meteen rendabel te zijn en mezelf een loon uit te betalen. Een ander voordeel was het specifieke statuut waardoor student-ondernemers vrijgesteld waren van sociale bijdragen. Daarnaast bleek al snel dat het niet eenvoudig was om als jonge ondernemer de lessen bij te wonen. Ik beperkte me tot de taallessen, omdat die verplicht waren. In de examenperiode moet je erin slagen om je tijd te verdelen tussen je onderneming en je examens, en dat is geen gemakkelijke opgave.
Heb je een beroep kunnen doen op specifieke steunmaatregelen voor student-ondernemers?
A.B.: ICHEC geft informatie over organisaties die je kunnen begeleiden bij het oprichten van een onderneming. Ik heb er geen gebruik van gemaakt. Misschien had ik dat moeten doen … Ik heb wel hulp gekregen van een docent rechten, die de tijd genomen heeft om te antwoorden op een e-mail toen mijn vennoot uit de zaak stapte, en met me heeft afgesproken om uit te leggen wat ik moest doen. Misschien heb ik niet de steun gehad die ik had kunnen krijgen, maar dat betekent niet dat ik helemaal geen ondersteuning kreeg.
Heb je beroep gedaan op andere steunmaatregelen?
A.B.: Bij de oprichting van iClinique heb ik niet veel stappen ondernomen om steun te zoeken. In de loop van ons vijfjarige bestaan hebben we beroep gedaan op de kamer van koophandel van Brussel. We hebben ook contact opgenomen met de adviseurs van de 1819, en zij waren bijzonder nuttig. Je hoeft hen maar te bellen om antwoord te krijgen op vragen of om doorverwezen te worden naar instanties die kunnen helpen. Het helpt ook om deel uit te maken van een incubator of bedrijvencentrum, omdat je je dan kunt toespitsen op je activiteit. Wij hebben bijvoorbeeld gebruik kunnen maken van een flexibele huurprijs op basis van onze inkomsten, wat heel voordelig is. We hebben een beroep gedaan op de IBO-opleidingsovereenkomst van Actiris en op het sociaal interimkantoor Exaris om onze medewerkers aan te werven, en we hebben steun gekregen van consultants en adviseurs van het netwerk Ondernemen.
Wat is de balans na vijf jaar?
A.B.: Het is een redelijk uitputtend avontuur dat heel wat koelbloedigheid vereist, en ik ben niet de enige die zo denkt. Na het opstarten van een onderneming heb je geen keuze meer. Je kunt je niet verbergen achter een manager, doen alsof je werkt of je ogen sluiten voor problemen. Je zit erin tot aan je nek. Je leert heel snel om te doen wat moet, om je onderneming en de problemen, menselijke relaties, geld, jezelf te beheren. Er zijn goede momenten en dipjes. In het begin van een dergelijk avontuur overschat je jezelf, je denkt dat je absoluut in staat bent om tot het uiterste te gaan zonder te rusten. Ik moet eerlijk toegeven dat ik moeilijke momenten beleefd heb, zoals veel andere ondernemers die zich heel erg alleen voelen in hun activiteit, omdat hun werk het belangrijkste deel van hun leven vormt. Als ze er niet in slagen om het te maken in dit werk, lijden ze eronder en raken ze gedeprimeerd.
Algemeen beschouwd is het leerproces zodanig snel en efficiënt verlopen, dat ik vandaag de zaken meer van op afstand kan bekijken. Ik ben 28 jaar oud, en mijn bedrijf bestaat al vijf jaar. Ik weet dat ik ooit iets anders zal doen, maar ik weet nog niet wat ik precies wil gaan doen later. Na mijn huidige ervaringen ben ik niet meer bang om aan een ander project te beginnen. Ik denk dat ik ondernemer zal blijven, maar uiteindelijk weet je nooit wat de toekomst brengt. Als ik geen idee, streven, passie of inspiratie heb, is het heel goed mogelijk dat ik werk zoek in een ander domein. Je moet ook rekening houden met de mogelijkheid dat je zin krijgt om iets totaal anders te leren en vaardigheden te verwerven waar je geen toegang toe zou hebben als ondernemer. Er is altijd ruimte voor verbetering. Ik sluit geen enkele mogelijkheid uit. Ik denk dat mijn profiel interessant kan zijn in een bedrijf.
Hoe doet iClinique het?
A.B.: Onze onderneming stelt momenteel zes mensen te werk, mij inbegrepen. Het bedrijf is rendabel en gemakkelijk te beheren, ondanks de complexe aard van ons werk, namelijk gebroken geconnecteerde objecten repareren. We krijgen echter te maken met een toenemende concurrentie in de reparatiesector. Die dreiging vormt een uitdaging op zich. De toekomst van onze sector ziet er niet stralend uit. Om te blijven bestaan, zullen we onszelf moeten heruitvinden.
Welk advies zou je geven aan kandidaat-ondernemers?
A.B.: Ik zou hen aanraden om niet alleen te starten en goed na te denken over de personen die ze kiezen als vennoten. Men heeft de neiging om zich te richten tot personen uit de directe omgeving, zoals vrienden, broers of collega's. Je moet je echter vragen stellen bij de motivatie van elke persoon, over hun relatie met geld, over wat er verwacht wordt van het project, over de middelen, de tijd en het geld die men kan investeren, over de taakverdeling en het werk dat van iedereen verwacht wordt. Volgens mij is het aangaan van een vennootschap de hoofdoorzaak van faillissementen bij ondernemingen. Ik zou dus aanraden dat kandidaat-ondernemers diep nadenken over hun potentiële vennoten. Een onderneming wordt eerder gedragen door het team dan door een idee. Het is veel gemakkelijker om concreet vorm te geven aan een idee dan om een team samen te stellen dat goed functioneert, dat vooruit wil en geen spanningen creëert. Een ondernemer besteedt heel veel tijd aan het overtuigen van partners en investeerders. Als er constant conflicten zijn met vennoten, zal hij het zeer moeilijk hebben om zich toe te spitsen op de ontwikkeling van de onderneming.
Interview: Catherine Aerts
Yet.brussels (Young Entrepreneurs of Tomorrow), een project gecoördineerd door 1819, organiseert van 25 tot 29 september de 1ste editie van de themaweek "Jongeren en Ondernemerschap".
Op het programma, tal van activiteiten voor jongeren om hen te tonen dat het opstarten van een project binnen hun bereik ligt.
Meer info