Niet alle ‘niet-handelsondernemingen’ zijn vrije beroepen. En omgekeerd zijn niet alle vrije beroepen ‘niet-handelsondernemingen’. Hoe zit dat nu?
Het antwoord op bovenstaande vraag is niet eenvoudig. Er bestaat namelijk geen precieze definitie of een complete lijst van vrije beroepen. Het onderscheid tussen die 2 begrippen houdt echter bepaalde implicaties in voor ondernemingen.
Waarover gaat het?
Er wordt rekening gehouden met 4 criteria om een onderscheid te maken tussen een handels- en niet-handelsonderneming :
- De persoon werkt voor eigen naam en rekening
- De onderneming richt zich tot het algemene publiek
- De tarieven zijn vooraf gekend
- Er wordt publiciteit gemaakt
Als een onderneming voldoet aan die 4 criteria, wordt ze beschouwd als een handelsonderneming.
Niet-handelsondernemingen zijn veelal vrije en intellectuele beroepen. Dat is echter niet altijd het geval. Zo zal een kinesitherapeut (vrij beroep) die een fitnesscentrum uitbaat, beschouwd worden als een handelsonderneming. Dat geldt ook voor een apotheker die niet-farmaceutische dranken verkoopt.
Er bestaat geen precieze definitie of een complete lijst van vrije beroepen. Een zelfstandige die een vrij of intellectueel beroep uitoefent, levert in de eerste plaats diensten of intellectuele items die geen handels- of ambachtelijke activiteit zijn.
De volgende beroepen worden in principe beschouwd als vrije beroepen:
- advocaat - juridisch adviseur, notaris, gerechtsdeurwaarder
- arts, gespecialiseerde arts, tandarts, medisch labo, ziekenvervoer, paramedische beroepen
- kinesitherapeut, fysiotherapeut, dierenarts, apotheker.
- boekhouder, accountant, revisor, fiscaal adviseur
- architect, landmeter. Als u een activiteit als architect combineert met andere activiteiten (het leveren van producten, stoffen, enz.) of als u zelf bepaalde werkzaamheden uitvoert (schilderen, behangen, enz.), bent u echter een handelaar.
Als u niet zeker bent van de indeling van uw onderneming, kunt u zich richten tot een ondernemingsloket voor meer duidelijkheid:
- Lokaal Economieloket Anderlecht
- Lokaal Economieloket Schaarbeek
- Lokaal Economieloket Stad Brussel
- Lokaal Economieloket Molenbeek
- Lokaal Economieloket Sint-Gillis
Wat zijn de gevolgen van het verschil tussen handels- en niet-handelsonderneming?
1. Verbod op het uitoefenen van een handelsactiviteit
Voor bepaalde vrije beroepen is het ten strengste verboden om een handelsactiviteit uit te oefenen. Dat is bijvoorbeeld het geval voor artsen, advocaten, boekhouders, accountants, verzekeringsmakelaars, notarissen, psychologen, gerechtsdeurwaarders of revisors.
2. Wettelijk forfait
Wanneer u een vrij beroep uitoefent, kunt u opteren voor aftrek van forfaitaire kosten (niet mogelijk voor personen die een handelsactiviteit, een industriële activiteit of een landbouwactiviteit uitoefenen). De kosten worden berekend op basis van bepaalde percentages. Die percentages worden toegepast op het bruto-inkomen min de sociale bijdragen. Als u voor dat systeem kiest, hoeft u uw effectieve kosten niet meer te bewijzen.
3. Vrijstelling van bewijs voor kennis van bedrijfsbeheer
Niet-handelsondernemingen moeten geen bewijs van kennis van bedrijfsbeheer leveren bij hun ondernemingsloket.
4. Gratis eerste inschrijving bij het ondernemingsloket
Als niet-handelsonderneming is de eerste inschrijving in de Kruispuntbank der Ondernemingen gratis.
Richt u bij twijfel dus tot uw ondernemingsloket !